vorig gedicht | volgend gedicht | leesvolgorde | op alfabet | intro


Het is de zee


mijn pad voert langs de rand
van zand en lucht en water
de wind van zee loopt met mij mee
en wijst de weg naar het land
waar ik ooit in heb geloofd

vanmorgen ben ik weer op weg gegaan
alleen God weet waar vandaan
mij is mijn verleden vaag

en toch vandaag
op de wanden van mijn hoofd
flarden van kinderlijk geluk
en littekens van de wonden die heelden
op de vloer de stukgevallen beelden
in mijn oor de wirwar van gedachten
verwekt in slapeloze nachten
en in de koude gangen
spookt nog het verlangen

mijn verleden verstoort de idylle van het heden

ik weet zeker dat ik het vanmorgen zag

het is vandaag de jongste dag

ik loop verder langs het strand
blote voeten in het warme zand
de weldadige zon voedt mijn hoop
op het weerzien van mijn bron
en waar ik ook loop 
de wind van zee loopt met mij mee

van ver kan ik haar zien
is zij het dan misschien
liggend op haar handdoek
leest zij mijn boek
als zij zich opricht
herkennen wij elkaar
op het eerste gezicht
zij is mijn engel
en ik die van haar

zij neemt mij mee
in de branding
wij gaan volledig onder in het wonder van de zee
en daar verdrinken wij in elkaar
en als wij bedolven door de golven zijn schoongespoeld
neemt de zee ons weer mee naar land
zoals zij ons ooit heeft bedoeld

Wij lopen terug naar het strand
in de stralend blauwe lucht
voor niets meer op de vlucht
alles is nu
niets is later
en de wind van zee loopt met ons mee
hand in hand door het beloofde land


vorig gedicht | volgend gedicht | leesvolgorde | op alfabet | intro