vorig gedicht | volgend gedicht | leesvolgorde | op alfabet | intro


Mijn dood


zo wil ik gaan
na een lange wandeling over het strand
links de zee rechts de duinen
nog één keer langs de mijlpalen van mijn leven
onwrikbaar verankerd in het zand

vanmorgen was hij de eerste die ik zag
bemoedigend gaf hij mij een hand
stelde zich voorzichtig voor en sprak
het is vandaag uw laatste dag
maar, wees niet bang, ik begeleid u
geheel volgens uw laatste wens


ik loop in het volle licht van de stralende zon

over het warme zand van de Noordzeekust
onder een helder blauwe lucht

in de wind van zee en door vogels begeleid
mijn geweten rust

mijn ziel bevrijd verlangt naar het traag golvend water

zo wil ik het
zonder besef van later afscheid nemen op het strand
een vaarwel voor mijn geliefden
een zoen een hand een lach een traan
en dan gaan in vrede naar het einde van mijn dag

ik loop door de branding naar de klaargelegde sloep
hijs het zeil en zet de schoten vast
ik zwaai nog één keer door ontroering gedreven
naar het einde van mijn leven en de achterblijvers op het strand


ik ga comfortabel zitten met de voeten naar de boeg

mijn ogen gericht op het vaantje in de mast
alsof zij erop hebben gewacht

nemen de wind en de golven mij mee  weg van de kust

de zon en een zachte wind strelen mijn gezicht
nog uren lang tonen zij mij hun goddelijke kant

in de zalige stilte hoor ik alleen het water zacht ruisen langs de boot

totdat langzaam de slaap mij overmant

nog terwijl ik wegval voel ik de schroom van de kiel

die schokt en schuurt over zand



vorig gedicht | volgend gedicht | leesvolgorde | op alfabet | intro